Theo, van klompenmaker tot alleskunner
Bij hoge uitzondering komt Theo van Ewijk vandaag te laat op zijn werk en vind ik hem niet achter zijn werktafel. Zijn scooter heeft hem vanmorgen in de steek gelaten vanwege een lege accu. Die kun je niet repareren. Zelfs Theo niet. Voor hem geen reden om thuis te blijven. Hoewel hij ook thuis genoeg om handen heeft, is Betuwe Wereldwijd zijn tweede thuis. De chauffeur van BWW komt hem graag even ophalen. Voor het interview wil Theo wel even tijd vrij maken om daarna direct weer aan het werk te gaan.
“Stilzitten kan ik niet. Ik wil altijd iets met mijn handen doen. Ik word er blij van om afgedankte spullen een nieuw leven te geven. Zo gauw ik een kapot apparaat zie, wil ik het onderzoeken, uit elkaar halen en repareren. Dat kan bijna altijd en het is zo jammer dat mensen spullen vervangen die het even niet doen, maar nog prima zijn te maken.”
Hoe krijg je het altijd weer voor elkaar? “Dat gaat vanzelf, door dingen te doen krijg je steeds meer ervaring. Toen ik jong was heb ik een tijdje op de ambachtsschool en het internaat “Mariakroon” gezeten en leerde daar iets over metaal. Daarna werd ik klompenmaker in Culemborg. Geen metaal, maar houtbewerken en beschilderen van de klompen. Dat heb ik 28 jaar gedaan bij van Zuilekom. Wij waren de eerste fabriek die machinaal klompen konden maken met een machine die we zelf hadden uitgevonden. Niet alleen klompen maakten we, maar we beschilderden ook souvenirs: molentjes, “Made in Holland” Die gingen toen allemaal naar Schiphol. Nu maken ze die dingen in China”
Nadat Theo het klompenvak had verlaten heeft hij diverse banen gehad, onder andere in het groen, maar dat was “niet mijn ding”. Na een tijd in de bouw werkte hij 12 jaar als veiligheidsman bij ProRail. Rond zijn zestigste kreeg Theo een hersenbloeding en andere gezondheidsklachten. Waardoor hij het zeer verantwoordelijke werk bij ProRail niet meer kon doen.
Geiten of gereedschap. Om toch weer aan de slag te gaan kon Theo kiezen tussen het werk op een geitenboerderij of bij Betuwe Wereldwijd. “Ik moest de boerderij schilderen en me bezighouden met de geiten; nou, daar had ik helemaal niks mee”. Dus mocht ik hier gaan kijken of dat wat voor mij was. “Ik was nog maar net binnen en ik wist het al. Ik hoefde niet na te denken. Dit was helemaal wat ik graag wilde. Zodoende ben ik hier gekomen en nooit meer weggegaan”.
“Er gaat hier van alles door mijn handen: Elektrisch gereedschap zoals boor- zaag- of schuurmachines. Voor een fiets of een naaimachine draai ik mijn hand ook niet om. Het moet wel goed spul zijn en van goede kwaliteit. Ik keur het en als het niet deugt, bv. sommige B-merken, dan haal ik er onderdelen uit die nog wel te gebruiken zijn. De rest gaat in de recyclebak. Repareren van computers laat ik over aan mijn collega’s. Een computer kan ik gebruiken voor een YouTube filmpje waarin een technisch probleem wordt uitgelegd. Voor de rest heb ik er niets mee.”
De meeste mensen in Beesd weten hem goed te vinden. “Laatst repareerde ik een heggenschaar. Was die man ook weer blij. Voor iemand anders maakte ik een warmtepomp die was weggegooid. Zonde, maar nu doet ie het weer. Krijg ik een doosje chocola; ook leuk, maar daar doe ik het niet voor. Het doek van de horeca parasol van de dagbesteding heb ik helemaal vervangen. Een nieuwe van 700 euro was daardoor niet nodig. In mijn werkplaats heb ik alles om dingen te maken of te repareren. Hout of metaal, maakt niet uit. Ik ben altijd bezig en verveel me nooit. Ik maak nu ook vogelhuisjes. Die worden verkocht op een markt en de opbrengst gaat naar de dagbesteding. Zo ben ik altijd in de weer.”
Het meisje in de ijzerwinkel. “Ik kom oorspronkelijk uit Deil, maar op een dag had ik schroeven en spijkers nodig. Daarvoor moest ik naar Beesd. En daar stond ze, in de ijzerwinkel bij van Bommel. Nadat ik had betaald vroeg ik of ze mee wilde gaan stappen. En ze zei ja! Nou, dat had ik niet durven dromen, maar zo is het wel gegaan en nu zijn we 46 jaar getrouwd. Kom daar nu eens om”
“Ik heb het hier bij BWW goed naar mijn zin, Fijne collega’s en goede begeleiding maken, dat ik me hier thuis voel. Er wordt goed naar je geluisterd. Iedereen is even belangrijk. Ook dankzij de steun van hier kon ik er na mijn ziekteperiode weer bovenop komen. Ik wil hier graag net zo lang blijven werken als ik kan. En het mooiste van alles vind ik, dat we hier de spullen die een ander weggooit, opknappen en repareren voor de mensen in Afrika of Suriname”